Primaire doelstelling• De werkzaamheid van fezolinetant 45 mg versus placebo beoordelen op de frequentie van matige tot ernstige VMS Belangrijke secundaire• De werkzaamheid van fezolinetant 45 mg versus placebo beoordelen op de ernst van matige tot…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
- Lichaamstemperatuuraandoeningen
- Geslachtsgebonden factoren
Synoniemen aandoening
Aandoening
hot flashes
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Primaire eindpunten:
• De gemiddelde verandering in de frequentie van matige tot ernstige VMS van
baseline tot week 24
Secundaire uitkomstmaten
Belangrijke secundaire
• De gemiddelde verandering in de ernst van matige tot ernstige VMS van
baseline tot week 24
Secundaire
• De gemiddelde verandering in door de deelnemer gemelde slaapverstoring door
PROMIS SD SF 8b van baseline tot week 24
• De gemiddelde verandering in de frequentie van matige tot ernstige VMS van
baseline tot weken 1, 4, 8, 12, 16 en 20
• De gemiddelde verandering in de ernst van matige tot ernstige VMS van
baseline tot weken 1, 4, 8, 12, 16 en 20
• De gemiddelde procentuele reductie in de frequentie van matige en ernstige
VMS van baseline tot weken 1, 4, 8, 12, 16, 20 en 24
• Responder van procentuele reductie >= 50%, >= 75% en aan 100% in de frequentie
van matige en ernstige VMS van baseline tot weken 1, 4, 8, 12, 16, 20 en 24
• Frequentie en ernst van ongewenste voorvallen, klinische
laboratoriumbeoordelingen, vitale functies en ecg
Verkennende
• Verandering in serumconcentraties van geslachtshormonen en SHBG van baseline
tot weken 12 en 24
• Plasmaconcentratie van fezolinetant en ES259564
• De gemiddelde verandering in PROMIS SD SF 8b van baseline tot week 4, 12, en
16
• Score op de PGI-S SD bij elk bezoek (weken 4, 12, 16, en 24)
• Score op de PGI-C SD voor elk bezoek (weken 4, 12, 16, en 24)
• Score op de PGI-C in VMS bij elk bezoek (4, 12, 16, en 24)
• Gemiddelde verandering op de MENQOL totale score van baseline tot weken 4,
12, 16, en 24
• Gemiddelde verandering op de MENQOL domeinscores van baseline tot weken 4,
12, 16, en 24
• Gemiddelde verandering op de Euro-Qol 5D-5L (EQ-5D-5L) Visual Analog Scale
(VAS, Visuele analoge schaal) van baseline tot weken 4, 12, 16, en 24
• Gemiddelde verandering op de WPAI-VMS domeinscores van baseline tot elke week
tot weken 4, 12, 16, en 24
• Gemiddelde verandering op de FSFI totale score van baseline tot weken 4, 12,
16, en 24
• Gemiddelde verandering op de FSFI domeinscores van baseline tot weken 4, 12,
16, en 24
• Gemiddelde verandering op de PHQ-4 score van baseline tot weken 4, 12, 16, en
24
• Gemiddelde verandering in de frequentie van milde, matige en ernstige VMS van
baseline tot elke week tot week 24
• Gemiddelde verandering in de ernst van milde, matige en ernstige VMS van
baseline tot elke week tot week 24
• Dagelijkse gemiddelde verandering in de frequentie van matige tot ernstige
VMS van baseline (dag 1) tot dagen 2 tot 7 (week 1)
• Dagelijkse gemiddelde verandering in de ernst van matige tot ernstige VMS van
baseline (dag 1) tot dagen 2 tot 7 (week 1)
Achtergrond van het onderzoek
Achtergrond
VMS, algemeen bekend als opvliegers (HFs), is de meest voorkomende klacht onder
vrouwen die de menopauze ingaan en bij veel vrouwen kan deze klacht over een
periode van tot 5 jaar blijven optreden (hoewel deze klacht bij ongeveer 20%
van de vrouwen over een periode van tot 15 jaar blijft optreden) [Stearns et
al, 2003; Rossouw et al, 2002; Kronenberg, 1994]. In het grote prospectieve
cohortonderzoek Study of Women's Health Across the Nation is gevonden dat de
totale prevalentie van VMS circa 70% is [Thurston & Joffe, 2011].
VMS kan een aanzienlijk negatief effect op de kwaliteit van leven hebben en is
daarom een belangrijke reden voor menopauzale vrouwen om medische hulp te
zoeken. Ondanks het enorme aantal vrouwen met deze klacht, heeft men geen
volledig inzicht in de fysiologie van VMS, hoewel men denkt dat een verstoring
van de thermoregulatie de belangrijkste onderliggende oorzaak is. De primaire
presentatie van VMS is een subjectieve en tijdelijke sensatie van het bloedheet
hebben, in combinatie met rood aanlopen en overmatig zweten, die gewoonlijk 4
tot 10 min duurt en kan worden gevolgd door een sensatie van koude rillingen.
VMS kan gepaard gaan met palpitaties, gevoelens van angst en verstoring van de
slaap, wat tot vermoeidheid en prikkelbaarheid leidt; in zeldzame gevallen kan
er paniek optreden [Kronenberg, 1994; Kronenberg, 1990].
De meest effectieve en de meest gebruikte behandeling voor VMS is
hormoonsubstitutietherapie (HST), ook vaak aangeduid met hormoontherapie (HT),
maar in een onderzoek van het Women*s Health Initiative zijn er vragen gerezen
over de veiligheid van deze behandeling op lange termijn [Rossouw et al, 2002].
Zodoende wordt er in de huidige richtlijnen, vanwege een verband met
borstkanker (BK), coronarialijden, beroerte en trombo-embolie, een beperkte
behandelingsduur voor HST aanbevolen [de Villiers et al, 2016; Rossouw et al,
2002]. Daarnaast wordt het gebruik van HST bij verscheidene groepen patiënten
(bijv. patiënten met borstkanker/endometriumkanker in de medische
voorgeschiedenis) of patiënten met onderliggende medische aandoeningen met een
hoog risico voor negatieve cardiovasculaire gevolgen (bijv. coronaire
hartziekte, diabetes) niet ondersteund door de huidige veiligheidsgegevens.
Vrouwen kunnen ook na een gesprek met een professionele zorgverlener over de
voordelen in verhouding tot de risico's ook stoppen met HST of een weloverwogen
beslissing nemen om zich niet met HST te laten behandelen. De vermeende
beperkingen van HST, met daarbij de beperkte werkzaamheid en bijwerkingen die
zijn gezien bij niet-HT (bijv. selectieve serotonineheropnameremmers), hebben
ertoe geleid dat artsen op zoek zijn naar andere behandelingsopties voor VMS.
Een niet-HT zoals fezolinetant zou daarom kunnen werken bij patiënten met VMS
die om diverse redenen niet geschikt zijn voor behandeling met HST.
Een gedetailleerde beschrijving van de chemische eigenschappen, farmacologie en
ook de klinische werkzaamheid en veiligheid van fezolinetant is te vinden in de
Investigator*s Brochure (IB).
Doel van het onderzoek
Primaire doelstelling
• De werkzaamheid van fezolinetant 45 mg versus placebo beoordelen op de
frequentie van matige tot ernstige VMS
Belangrijke secundaire
• De werkzaamheid van fezolinetant 45 mg versus placebo beoordelen op de ernst
van matige tot ernstige VMS
Secundaire
• Het effect van fezolinetant 45 mg versus placebo beoordelen op door de
deelnemer gemelde slaapverstoring
• De werkzaamheid van fezolinetant 45 mg versus placebo beoordelen op de
frequentie en ernst van matige tot ernstige VMS
• De veiligheid en verdraagbaarheid van fezolinetant 45 mg evalueren.
Verkennende
• Het effect van fezolinetant op farmacodynamische markers beoordelen
• De farmacokinetiek van fezolinetant en metaboliet ES259564 beoordelen
• De QoL-verbetering met fezolinetant 45 mg versus placebo beoordelen op door
de deelnemer gemelde uitkomsten
• De werkzaamheid van fezolinetant 45 mg versus placebo beoordelen op de
frequentie, ernst en HF-score van milde, matige en ernstige VMS.
Onderzoeksopzet
Overzicht van de studieopzet:
Dit is een 2-armige, gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde
multicentrische studie met parallelgroepen die 24 weken duurt om de
werkzaamheid en veiligheid van fezolinetant 45 mg te evalueren bij vrouwen die
lijden aan matige tot ernstige VMS geassocieerd met menopauze en die als
ongeschikt worden beschouwd voor HRT-behandeling.
In totaal zullen ongeveer 440 deelnemers worden gerandomiseerd in een 1:1 ratio
over beide behandelingsarmen en gestratificeerd volgens rokerstatus (roker of
niet-roker) op basis van IRT.
Deelnemers die de 24 weken behandeling voltooien zullen een einde van het
behandelingsbezoek (end of treatment, EOT-bezoek) afleggen en een
veiligheidscontrolebezoek 3 weken na het EOT-bezoek. De gegevens van alle
resterende bezoeken voor deelnemers die het gebruik van het geneesmiddel voor
onderzoek (IMP, investigational medicinal product) vroegtijdig stopzetten,
zullen worden verzameld wanneer mogelijk. Het is belangrijk dat deelnemers een
vroegtijdig beëindigingsbezoek (ED-bezoek) afleggen op het moment dat het
gebruik van het geneesmiddel voor onderzoek wordt stopgezet en vervolgens alle
geplande bezoeken afleggen, hun elektronisch dagboek blijven invullen en een
einde van het behandelingsbezoek (end of treatment, EOT-bezoek) en een
veiligheidscontrolebezoek afleggen. Bezoeken voor thuiszorg zullen beschikbaar
worden gemaakt om tegemoet te komen aan deelnemers die de dosering hebben
stopgezet.
Screening zal plaatsvinden maximaal 21 dagen voorafgaand aan de randomisatie.
Geschiktheid tijdens de screening zal worden beoordeeld op basis van medische
voorgeschiedenis en HRT-vragenlijst, lichamelijk onderzoek, klinische
laboratoriumtests en vitale functies.
Bij randomisatie moeten deelnemers ten minste een gemiddelde van 7 matige tot
ernstige opvliegers (HF's, hot flashes) (VMS) per dag hebben. Deelnemers moeten
hun opvliegers bijhouden gedurende de volledige screeningsperiode. De gegevens
uit het elektronische dagboek zullen worden beoordeeld door het personeel van
het studiecentrum op dag 1 (bezoek 2) om geschiktheid voor de studie te
bevestigen.
Tijdens de 24 weken durende behandelingsperiode, worden bezoeken afgelegd in
weken 2, 4, 8, 12, 16, 20 en 24 zoals aangegeven in het Schema van de
beoordelingen [Tabel 1]. Deelnemers zullen hun VMS dagelijks bijhouden in een
elektronisch dagboek.
Centrumgebaseerde door de patiënt gerapporteerde uitkomstmaten (PRO) worden
verstrekt door de patiënt met behulp van een elektronisch toestel zoals
aangegeven in het Schema van de beoordelingen [Tabel 1]. Beoordelingen op dag 1
(bezoek 2) moeten plaatsvinden voorafgaand aan randomisatie/eerste dosering;
beoordelingen tijdens weken 4, 12, 16, 20 en 24 moeten plaatsvinden voorafgaand
aan dosering. Alle zelf verstrekte beoordelingen worden eerst uitgevoerd en
voorafgaand aan alle andere procedures.
Een Datamonitoringscommissie (DMC) en een Leverveiligheidsmonitoringpanel
(LVMP) zullen de veiligheid van fezolinetant beoordelen gedurende de volledige
duur van de studie.
Onderzoeksproduct en/of interventie
n/a
Inschatting van belasting en risico
Zie rubriek 6. *Welke bijwerkingen zouden er bij u kunnen optreden* en rubriek
7. *Wat zijn de voordelen en nadelen als u deelneemt aan het onderzoek?* in het
formulier 'Proefpersoneninformatie voor deelname aan medisch-wetenschappelijk
onderzoek' voor een overzicht van de risico's en bijwerkingen.
Publiek
1 Astellas Way n/a
Northbrook IL 60062
US
Wetenschappelijk
1 Astellas Way n/a
Northbrook IL 60062
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Inclusiecriteria
Een potentiële deelneemster die aan alle volgende criteria voldoet, komt in
aanmerking voor deelname aan het onderzoek:
1. Er dient van de potentiële deelneemster een ondertekend door de METC
goedgekeurd informatie- en toestemmingsformulier met volgens de nationale wet-
en regelgeving vereiste informatie over privacybescherming te worden verkregen
voordat er activiteiten in verband met het onderzoek bij haar worden
uitgevoerd.
2. 2. De potentiële deelneemster is van het vrouwelijke geslacht en heeft bij
het bezoek voor het geschiktheidsonderzoek een leeftijd van >= 40 jaar en <= 65
jaar
3. De deelnemer moet behandeling of verlichting willen van VMS geassocieerd met
de menopauze en er is bij het screeningsbezoek bevestigd dat zij menopauzaal is
aan de hand van een van de volgende criteria:
• Spontane amenorroe gedurende >= 12 opeenvolgende maanden
• Spontane amenorroe gedurende >= 6 maanden in combinatie met biochemisch
criterium voor de menopauze (follikelstimulerend hormoon [FSH] > 40 IE/l)
• Heeft >= 6 weken vóór het screeningsbezoek een bilaterale ovariëctomie
ondergaan (met of zonder hysterectomie)
• Heeft een hysterectomie ondergaan zonder ovariëctomie en voldoet aan het
biochemische criterium voor de menopauze (FSH > 40 IE/l)
4. De potentiële deelneemster heeft VMS en is niet geschikt voor behandeling
met hormoonsubstitutietherapie (HST) (contra-indicatie voor HST, verhoogd
risico bij HST, gestopt met HST, afwijzing van HST). De definities voor de
categorieën op grond waarvan een potentiële deelneemster ongeschikt is voor
behandeling met HST, worden hieronder gegeven:
• Contra-indicatie voor HST: niet-gediagnosticeerde vaginale bloedingen,
borstkanker of oestrogeenafhankelijk tumor in de medische voorgeschiedenis; een
arteriële trombo-embolische aandoening (bijv. angina pectoris, myocardinfarct,
cerebrovasculair accident, transient ischemic attack) of een veneuze
trombofiele afwijking (bijv. diepe veneuze trombose, longembolie);
overgevoeligheid voor behandeling met oestrogenen en progestagenen of voor een
van de hulpstoffen van deze medicatie; of porfyrie. Opmerking: Vrouwen met
niet-gediagnosticeerde vaginale bloedingen worden al dan niet toegelaten tot
het onderzoek nadat er ter beoordeling van de onderzoeker aangewezen onderzoek
is uitgevoerd.
• Verhoogd risico bij HST: diabetes mellitus, hyperlipidemie, roken (actief),
migraine, obesitas (body mass index > 29,9 kg/m2), systemische lupus
erythematodes, epilepsie, borstkanker bij een eerstegraads verwant of een
mutatie in een 'borstkankergen' (BRCA1 en BRCA2) in de familieanamnese
• Gestopt met HST: vanwege ontoereikende werkzaamheid, vanwege bijwerkingen in
verband met HST of na advies van een zorgverlener om te stoppen met HST vanwege
de duur van de behandeling met HST of een leeftijd >= 60 jaar
• Afwijzing van HST: op basis van een weloverwogen keuze besloten hebben zich
niet met HST te laten behandelen na een consult over de voordelen in verhouding
tot de risico's van HST. Bij een contra-indicatie voor of een verhoogd risico
bij HST, dient er schriftelijke documentatie over de hierboven vermelde
aandoeningen in het medische dossier van de betreffende potentiële
deelneemsters aanwezig te zijn om op basis van deze definities in aanmerking te
komen voor deelname. Bij gestopt met HST vanwege ontoereikende werkzaamheid en
bijwerkingen in verband met HST, dient in juiste en volledige documentatie te
worden voorzien, bijvoorbeeld (en al naargelang van toepassing) duur van de
HST-behandeling en reden voor vaststelling van onwerkzaamheid, type en duur van
bijwerkingen in verband met HST, etc. Bij afwijzing van HST dient er te worden
voorzien in documentatie over de aard en reikwijdte van het consult van de
potentiële deelneemster met haar zorgverlener, haar reden om zich niet met HST
te laten behandelen, etc.
5. De potentiële deelneemster heeft minimaal 7 matig-ernstige tot ernstige
opvliegers (hot flushes [HFs], VMS) per dag, op basis van wat in de laatste 10
dagen voorafgaand aan de randomisatie in het elektronisch dagboek is vastgelegd.
6. De potentiële deelneemster verkeert volgens de onderzoeker op basis van de
anamnese, een algemeen lichamelijk onderzoek, laboratoriumonderzoek en andere
medische onderzoeken in een goede algemene gezondheid.
7. De potentiële deelneemster heeft negatieve uitslagen bij serologische
screening (op hepatitis B-oppervlakteantigeen, antilichamen tegen hepatitis
C-virus en antilichamen tegen het humane immunodeficiëntievirus).
Er wordt in GEEN enkel geval afgezien van de inclusiecriteria.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Exclusiecriteria
Een potentiële deelneemster die aan een van de volgende criteria voldoet, komt
niet in aanmerking voor deelname aan het onderzoek:
1. De deelnemer gebruikt een niet toegestane behandeling voor VMS (bijv. op
recept, vrij verkrijgbaar of kruidenmiddel) vóór de screening en gedurende de
behandeling met het onderzoeksproduct. Zie [rubriek 6.8 Gelijktijdige
behandeling en rubriek 10.4 van bijlage 4: Lijst met niet toegestane
gelijktijdige medicatie] voor een lijst van niet toegestane behandelingen.
2. In de periode van de 6 maanden voorafgaand aan het geschiktheidsonderzoek is
er bij de potentiële deelneemster sprake van gedocumenteerd middelenmisbruik of
een alcoholverslaving.
3. De potentiële deelneemster heeft in de afgelopen 5 jaar een maligne tumor
gehad, uitgezonderd basaalcelcarcinoom.
4. Er is bij de potentiële deelneemster op basis van een lokaal voor screening
uitgevoerde en beoordeelde transvaginale echo (TVU) een endometriumdikte van >
8 mm vastgesteld of er is sprake van klinische significante bevindingen op
grond waarvan de potentiële deelneemster volgens de onderzoeker niet in
aanmerking komt voor deelname aan het onderzoek.
5. De potentiële deelneemster heeft een ernstige allergie, overgevoeligheid of
intolerantie voor het IP en/of een van de hulpstoffen van het IP in de medische
voorgeschiedenis.
6. De potentiële deelneemster heeft epileptische aanvallen of andere
convulsieve aandoeningen in de medische voorgeschiedenis, tenzij die goed onder
controle zijn.
7. De potentiële deelneemster heeft een medische aandoening of chronische
ziekte (waaronder een neurologische [inclusief cognitieve], renale,
cardiovasculaire, gastro-intestinale, pulmonale [bijv. matig astma], endocriene
of gynaecologische medische aandoening/chronische ziekte) of maligniteit die
volgens de onderzoeker zou kunnen fungeren als een verstorende factor bij de
interpretatie van onderzoeksresultaten.
8. De deelnemer heeft een van de volgende aandoeningen of afwijkende
laboratoriumwaarden:
• actieve leverziekte;
• geelzucht;
• verhoogde leveraminotransferasewaarden bij de screening
(alanineaminotransferase [ALAT] of aspartaataminotransferase [ASAT]);
• verhoogde waarde van totaal bilirubine (TBL) of direct bilirubine (DBL) > 1,5
× de bovengrens van normaal (ULN);
• verhoogde internationaal genormaliseerde ratio (INR) > 1,5 (tenzij de
deelnemer antistollingstherapie krijgt); of
• verhoogde concentratie alkalische fosfatase (AF).
Deelnemers met een licht verhoogde ALAT- of ASAT-waarde van ten hoogste 1,5 ×
ULN mogen worden toegelaten mits zij normale TBL- en DBL-waarden hebben.
Deelnemers met een licht verhoogde AF waarde (ten hoogste 1,5 × ULN) mogen
worden toegelaten indien cholestatische leverziekte is uitgesloten en er geen
andere oorzaak dan leververvetting is geconstateerd.
Deelnemers met het syndroom van Gilbert met een verhoogd TBL mogen worden
toegelaten mits zij normale waarden voor DBL, hemoglobine en reticulocyten
hebben.
9. De potentiële deelneemster heeft bij het bezoek voor het
geschiktheidsonderzoek een creatinine > 1,5 × ULN of een met de MDRD-formule
berekende glomerulaire filtratiesnelheid van <= 59 ml/min per 1,73 m2.
10. De potentiële deelneemster heeft in de afgelopen maanden een suïcidepoging
gedaan of blijk gegeven van suïcidale gedragingen.
11. De deelnemer heeft deelgenomen aan een ander interventioneel onderzoek
minder dan 30 dagen vóór de screening en gedurende het onderzoek.
12. De potentiële deelneemster is eerder opgenomen geweest in een klinisch
onderzoek met fezolinetant.
13. De potentiële deelneemster is niet in staat of niet bereid om mee te werken
met de onderzoeksprocedures.
14. De potentiële deelneemster heeft een aandoening die haar volgens de
onderzoeker ongeschikt maakt voor deelname aan het onderzoek.
Er wordt in GEEN enkel geval afgezien van de exclusiecriteria.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2021-001685-38-NL |
CCMO | NL78137.100.21 |