Het primaire doel is de evaluatie van het gebruik van DPOAEs als een maat voor ICP bij glaucoompatiënten. Dit kan door het onderzoeken van veranderingen in amplitude en fase van DPOAEs, als reactie op het veranderen van de houding in de subgroepen…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Glaucoom en oculaire hypertensie
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Amplitude en fase van DPOAEs als een functie van de houding voor de
verschillende subgroepen van de (glaucoom) patiënten en gezonde proefpersonen.
Bloedruk, corneadikte en medicatie zijn mogelijk confounders en worden daarom
ook geregistreerd.
Secundaire uitkomstmaten
N/A
Achtergrond van het onderzoek
Glaucoom is een chronische, progressieve ziekte van de oogzenuw waarbij er
schade kan ontstaan voor aan het gezichtsveld en de gezichtsscherpte. De
relatie tussen de intra-oculaire druk (IOP) en intracraniële druk (ICP) is een
cruciaal aspect van de pathologie van glaucoom. Aan de achterkant van het oog
zit een gaasachtige structuur, de lamina cribrosa (LC), die poriën bevat
waardoor de vezels van de oogzenuw lopen. Wijzigingen in de IOP, ICP, of beide,
kunnen leiden tot een drukverschil in de LC. Hierdoor kunnen de zenuwvezels
verdikken en beschadigen. Indien onbehandeld, kan dit uiteindelijk leiden tot
blindheid.
Op dit moment zijn de enige betrouwbare methoden, voor het meten van ICP, een
lumbaalpunctie of een katheter in de schedel, twee zeer invasieve (belastende)
technieken. Daarom is het noodzakelijk om een niet-invasieve (niet-belastende)
methode te ontwikkelen voor het meten van ICP voor het evalueren van de
oorzaak en de progressie van glaucoom. Distortion product otoacoustic emissions
(DPOAEs) is wellicht zo*n methode.
DPOAEs zijn geluiden die worden uitgezonden door het binnenoor als reponse
aangeboden tonen. Deze tonen worden op verschillende niveaus en frequenties
aangeboden. De amplitude en fase van de emissies wordt beïnvloed door ICP,
omdat er een verbinding is tussen de hersenruimte en de vloeistoffen in het
binnenoor via het cochleaire aquaduct. Eerder onderzoek heeft aangetoond dat
DPOAE fase nauwkeurige gerelateerd is aan ICP.
Deze studie onderzoekt of de DPOAEs daadwerkelijk de veranderingen in ICP
aantonen in gezonde proefpersonen en in 3 patiënten groepen. De eerste
patiëntengroep is gediagnostiseerd met glaucoom met hoge IOP, de tweede
patiënten groep is gediagnostiseerd met glaucoom met normale IOP (NTG: normal
tension glaucoma) en de laatste patiënten groep heeft wel verhoogde IOP maar
heeft geen tekenen van glaucoom. Er wordt vermoed dat deze laatste groep een
ICP heeft die de IOP compenseert en zo de LC beschermd.
Voor zover wij weten is deze techniek nog nooit bij glaucoompatiënten gebruikt.
Uit onderzoek met invasieve technieken is gebleken dat patiënten met glaucoom
een lagere ICP hebben dan de gezonde populatie en patiënten met NTG de laagste.
Ons doel is deze bevindingen te reproduceren met een niet-invasieve meting.
Doel van het onderzoek
Het primaire doel is de evaluatie van het gebruik van DPOAEs als een maat voor
ICP bij glaucoompatiënten. Dit kan door het onderzoeken van veranderingen in
amplitude en fase van DPOAEs, als reactie op het veranderen van de houding in
de subgroepen van de (glaucoom) patiënten en gezonde proefpersonen. Bloeddruk,
corneadikte en medicatie zijn mogelijke confounders en worden daarom ook
geregistreerd.
Hypothese 1:
De verandering in DPOAEs van rechtop zittend naar 30 graden achterovergekanteld
zullen bij de subjects met de laagste ICP (voornamelijk NTG subjects) het
grootste zijn.
Omgekeerd zullen de minste verandering in DPOAEs worden waargenomen in subjects
met, naar verwachting, hoge ICP (voornamelijk subjects met hoge IOP maar zonder
glaucoom afwijkingen).
Hypothese 2:
Proefpersonen met de grootste verschillen tussen IOP en ICP zullen de
ernstigste ziekte progressie hebben.
Onderzoeksopzet
cross-sectionele, observationele studie
Inschatting van belasting en risico
(Glaucoom) patiënten en gezonde proefpersonen brengen 1 bezoek aan de afdeling
KNO en Oogheelkunde om screening testen te doen. Als blijkt dat aan de
inclusiecriteria voldaan wordt, wordt ook meteen het experiment afgenomen.
Gezonde proefpersonen ondergaan een routine screening bij de afdeling
Oogheelkunde om uit te sluiten dat er sprake is van glaucoom. Screening bij de
afdeling KNO is voor zowel de glaucoom patiënten als de gezonde proefpersonen
en houdt in dat er een tympanometrie test (test om middenoor problemen te
detecteren), een audiogram (om gehoor problemen vast te stellen) en een
DPOAE-meting , afgenomen wordt. Als er abnormale waarden gevonden worden bij de
gezonde proefpersonen dan worden ze verwezen naar hun huisarts,. Het
vaststellen van oor- of oogafwijkingen kan psychologische stress veroorzaken.
Echter, een vroegtijdige diagnose geeft de kans om snel te starten met een
behandeling en zo de functie van het oog en/of oor niet verder achteruit te
laten gaan. (Glaucoom) patiënten ondergaan geen oogheelkundige screening
testen, hierdoor is er geen risico op ontdekken van andere oogafwijkingen.
Proefpersonen en (glaucoom) patiënten die de selectieprocedure doorstaan gaan
door voor de DPOAE test. Deze test is niet belastend maar er kan minimale
ongemak zijn doordat de tafel, waar ze op liggen, verandert van positie.
(Glaucoom) patiënten spenderen 1 uur aan ontvangst, aanvullende vragen en
screening. Als ze geselecteerd worden dan zijn ze nog 40 minuten kwijt met het
experiment. De totale tijd is dus minder danl twee uur. Gezonde proefpersonen
krijgen nog een extra oogonderzoek, deze duurt 30 minuten, hun totale tijd is
minder dan 2 en een half uur.
Publiek
Hanzeplein 1
Groningen 9713 GZ
NL
Wetenschappelijk
Hanzeplein 1
Groningen 9713 GZ
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
50-70 jaar oud
aanwezigheid van DPOAE in één oor
Voor gezonde proefpersonen: rechtop zittend gemeten IOP van 21mmHg of lager
Voor hogedruk glaucoom: gediagnosticeerd glaucoom, rechtop zittend gemeten is de IOP hoger dan 21 mmHg voor het begin van IOP verlagende behandeling, de snelheid van de ziekte progressie is vastgelegd op basis van perimetrie
Voor normaal druk glaucoom: gediagnosticeerd glaucoom, rechtop zittend gemeten is de IOP lager dan 21 mmHg met of zonder IOP verlagende behandeling, de snelheid van de ziekte progressie is vastgelegd op basis van perimetrie
Voor hoge IOP zonder glaucoom: rechtop zittend gemeten IOP van 22mmHg of hoger
Getekend Informed consent
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Geen aanwezigheid van DPOAEs
Voor gezonde proefpersonen, zonder oogziekte of glaucoom in de familie
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL59638.042.16 |
Ander register | UMCG Register and NTR |