Vaststellen of maximale doseringen atorvastatine veilig zijn in patiënten met chronische hepatitis C en of de zgn. pleiotrope effecten zorgen voor een daling van de hepatitis C virale load.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Lever- en galwegaandoeningen
- Virale infectieziekten
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
1. Zorgt atorvastatine 80 mg bij hepatitis C patiënten voor dosis limiterende
bijwerkingen, zoals hepatotoxiciteit of rhabdomyolyse?
Secundaire uitkomstmaten
1. Leidt toediening van atorvastatine aan patienten met chronische hepatitis C
tot een daling van de hepatitis C viral load? 2. Is een daling van het
LDL-gehalte gecorreleerd aan de daling van de HCV viral load?
Achtergrond van het onderzoek
Patiënten met chronische hepatitis C worden behandeld met een combinatie van
peginterferon en ribavirine waarbij de responsekans afhankelijk is van het HCV
genotype (genotypes 1 en 4 50% vs. genotypes 2 en 3 80%). Vanwege de toename
aan patiënten met hepatitis C en het matige succes van de huidige behandeling
is er behoefte aan nieuwe en betere behandelingen. HMG-CoA reductaseremmers
(statines) staan naast hun cholesterol verlagende activiteit ook bekend om hun
zogenaamde pleiotrope effecten. Zowel voor verschillende maligniteiten als ook
voor verschillende virus-infecties is een effect aangetoond. Een tweetal in
vitro studies tonen een daling van de hepatitis C virale load na behandeling
met hoge dosis lovastatine.
Doel van het onderzoek
Vaststellen of maximale doseringen atorvastatine veilig zijn in patiënten met
chronische hepatitis C en of de zgn. pleiotrope effecten zorgen voor een
daling van de hepatitis C virale load.
Onderzoeksopzet
Het betreft een pilot studie waarbij de proefpersonen hun eigen controle
vormen. Een totaal aantal van 7 patiënten zal worden geincludeerd. Om het
effect van de hoge dosering op de leverfunctie en het bijwerkingsprofiel te
analyseren wordt gestart met 2 patiënten. Indien zij de doseringen goed
verdragen zonder toxiciteit (zie verderop bij veiligheid) dan worden de andere
5 patiënten geincludeerd. Er is gekozen voor het geleidelijk aan ophogen van de
dosering statine over een periode van 4 weken.
Onderzoeksproduct en/of interventie
De ervaring bij de behandeling van dyslipidemie leert dat opbouwen van de dosering statine zorgt voor minder bijwerkingen en een lager risico op hepatotoxiciteit. Daarom is er gekozen voor een opbouwschema (zie bijlage). Er wordt gestart met 10 mg waarna deze na 1 week wordt verhoogd naar 20 mg. Deze dosering wordt na 1 week opgehoogd naar 40 mg welke 2 weken wordt voortgezet. Vervolgens wordt de dosering wordt verdubbeld naar 80 mg op week 4 (duur 4 weken).
Inschatting van belasting en risico
Risico voor de proefpersonen bestaat uit de bijwerkingen van de statine in hoge
doseringen te weten: stijging van de leverenzymen, spierpijn, rhabdomyolyse,
maag-darmstoornissen en algehele malaise. Belasting voor de patient vormt de
veelvuldige polikliniek-bezoeken met laboratoriumcontroles en de eventueel
optredende bijwerkingen.
Publiek
Heidelberglaan 100
3584 CX
Nederland
Wetenschappelijk
Heidelberglaan 100
3584 CX
Nederland
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
• Leeftijd tussen de 18 en 65 jaar.
• Alle hepatitis C genotypen.
• Negatief voor hepatitis B (HBsAg, anti-HBc) en HIV.
• ALAT < 2,5 x normaalwaarde (100 IU/ml).
• Serologisch bewezen infectie met hepatitis C met aantoonbaar HCV-RNA (volgens de Bayer Versant HCV bDNA V3.0).
• Gefaald hebbende op behandeling met (peg)interferon en ribavirine.
• WHO-score <=1.
• Vrouwen in de vruchtbare periode moeten een negatieve zwangerschapstest hebben in de week voor start van de medicatie. Gebruik van contraceptie tijdens de gehele studie-periode.
• In staat om op afgesproken tijdstippen naar de polikliniek te komen.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
• Hepatitis C patiënten naïef voor (peg)interferon en ribavirine.
• Alcohol abusus (> 20 gr alcohol per dag) in de laatste jaar.
• Lever cirrose vast gesteld via een leverbiopt of gedecompenseerde lever (Child-pugh B of C).
• Gelijktijdige behandeling met medicatie die hepatotoxisch of intefereert met het CYP450 systeem; anti-schimmel medicatie (voriconazol), antibiotica (gentamycine, azitromycine, claritromycine, erytromycine), immuun-suppresieva (cyclosporine), anti-arythmica (diltiazem, verapamil), en tuberculostatica (rifampicine).
• Gebruik van cholesterol-verlager.
• Actieve zwangerschap of zwangerschapswens.
• Gebruik van grapefruit sap.
• Geestelijk niet bekwaam om deel te nemen aan de studie.
• Dagelijks gebruik van meer dan 2 gram paracetamol.
• voorgeschiedenis of tekenen van hypothyreoidie
• nier-insufficientie gedefinieerd als een klaring onder de 60 ml/min
• een verhoogde CPK-spiegel (> 5x de bovengrens van normaal) voor start van de studie
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2006-003818-18-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT00371579 |
CCMO | NL13525.041.06 |