Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2023-508528-36-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens. Het doel van deze studie is een verbetering van de ziektevrije overleving (DFS) met xevinapant aan te tonen in vergelijking met…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Diverse en niet plaatsgespecificeerde neoplasmata, benigne
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Ziektevrije overleving (DFS).
Secundaire uitkomstmaten
1. Algehele overleving (OS)
2. Tijd tot volgende kankerbehandelingen
3. Optreden van bijwerkingen (AE's) en behandelingsgerelateerde bijwerkingen
4. Verandering ten opzichte van de baseline in de score van de European
Organization for Research and Treatment of Cancer Quality of Life Head and Neck
Module (Module voor kwaliteit van leven met betrekking tot hoofd en hals van de
Europese organisatie voor het onderzoek naar en de behandeling van kanker)
(EORTC QLQ-HN35)
5. Verandering ten opzichte van de baseline in de score van de European
Organization for research and treatment of Cancer Quality of Life Core
Questionnaire (Kernvragenlijst naar de kwaliteit van leven van de Europese
organisatie voor het onderzoek naar en de behandeling van kanker; EORTC QLQ-C30)
6. Verandering ten opzichte van de baseline in de score van de EuroQOL 5
Dimension 5 Level Gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven meting van
visuele analoge schaal (EQ-5D-5L VAS)
Achtergrond van het onderzoek
Xevinapant is een antagonist van IAP's die is aangetoond in niet-klinische
in-vitro en in vivo-modellen om zowel chemo- als radiosensibiliserend
potentieel te hebben, evenals immunomodulerend potentieel. Bij niet-operabele
LA SCCHN-patiënten toonde de toevoeging van xevinapant aan chemoradiotherapie
in de standaardbehandeling onlangs een statistisch significante en klinisch
betekenisvolle verbetering van de locoregionale controle na 18 maanden in
vergelijking met placebo en standaardzorg alleen.
Het doel van deze studie is om de superieure werkzaamheid van xevinapant versus
placebo aan te tonen wanneer het wordt toegevoegd aan radiotherapie bij de
behandeling van deelnemers met een hoog risico met geresecteerde LA SCCHN die
niet in aanmerking komen voor gelijktijdige chemoradiatie op basis van
cisplatine.
Doel van het onderzoek
Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2023-508528-36-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens.
Het doel van deze studie is een verbetering van de ziektevrije overleving (DFS)
met xevinapant aan te tonen in vergelijking met placebo wanneer het wordt
toegevoegd aan RT, ongeacht de daaropvolgende antikankertherapie.
Onderzoeksopzet
Dit is een multicenter, gerandomiseerd dubbelblind, placebogecontroleerd Fase
3-onderzoek met 2 armen en parallelle groepen.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Deelnemers die aan de geschiktheidscriteria voldoen, worden ingeschreven en gerandomiseerd in een verhouding van 1:1, met behulp van gepermuteerde bloktoewijzing aan Arm A of Arm B en krijgen de volgende behandelingen: • Arm A: 3 cycli xevinapant (orale oplossing 200 mg/dag van dag 1 tot 14, per cyclus van 3 weken) + IMRT (66 Gy in 33 fracties, 2 Gy/fractie, 5 dagen/week), gevolgd door 3 cycli van monotherapie van xevinapant (orale oplossing 200 mg/dag van dag 1 tot 14, per cyclus van 3 weken) OF • Arm B: 3 cycli placebo (bijpassende orale oplossing van dag 1 tot 14, per cyclus van 3 weken) + IMRT (66 Gy in 33 fracties, 2 Gy/fractie, 5 dagen/week), gevolgd door 3 cycli monotherapie van placebo (bijpassende orale oplossing van dag 1 tot 14, per cyclus van 3 weken). • Studieduur: deelnemers worden gevolgd totdat de laatste deelnemer aan de studie zijn/haar 60ste maand post-randomisatiebezoek bereikt, tot een beslissing om het onderzoek te beëindigen is genomen, of tot voortijdige beëindiging van het onderzoek, afhankelijk van wat zich het eerst voordoet. • Behandelingsduur: 18 weken, bestaande uit zes cycli van 3 weken. • Bezoekfrequentie: wekelijks bezoek tijdens combinatietherapieperiode, eenmaal per 3 weken tijdens monotherapieperiode, en elke 3, 4, of 6 maanden tijdens de ziektevrije overlevingsopvervolgperiode in respectievelijk jaar 1, 2 en 3, of 4 en 5 (met telefonisch contact ertussen), en elke 3 maanden (telefonische bezoeken zijn toegestaan) tijdens de totale overlevingsvervolgperiode.
Inschatting van belasting en risico
De deelname van de proefpersoon aan dit onderzoek duurt 5 jaar en bestaat uit
een screeningperiode, een behandelperiode en een follow-upperiode.
Tijdens de behandelingsperiode moeten de proefpersonen de onderzoekslocatie 5
dagen per week bezoeken gedurende de eerste 6,5 weken (dit kan alleen worden
verlengd tot 9 weken als de radiotherapie binnen de eerste 6,5 weken wordt
uitgesteld). Daarna zullen de proefpersonen eens in de drie weken de
onderzoekslocatie moeten bezoeken. Tijdens de follow-upperiode moeten
proefpersonen de onderzoekslocatie het eerste jaar in maand 7, 9 en 12
bezoeken, elke 4 maanden voor het 2e tot 3e jaar en elke 6 maanden voor het 4e
tot 5e jaar, of eerder als er ziekteprogressie is.
Als er sprake is van ziekteprogressie of als de proefpersoon 4,5 jaar
ziektevrije follow-up van de gezondheidsstatus heeft voltooid, moet de
proefpersoon mogelijk elke 3 maanden het onderzoekscentrum bezoeken of
telefoontjes ontvangen tot ongeveer 5 jaar nadat de laatste deelnemer de
onderzoeksmedicatie heeft ontvangen of proefpersoon kan niet meer verder in de
studie.
Naast de hierboven beschreven interventie omvat deelname aan deze studie
bloedafnames bij meerdere bezoeken, biopsie op het moment van terugval,
blootstelling aan straling door middel van CT & PET-scan, en mogelijk
blootstelling aan straling door MRI-scans. Het kan ook gaan om een **
audiometrietest en een tandheelkundig onderzoek.
Deelnemers zullen worden onderworpen aan: vragen over medische geschiedenis,
gebruik van gelijktijdige medicatie/procedures en bijwerkingen; urinemonsters;
meting van vitale functies; fysiek onderzoek; ECOG-prestatiestatus; ECG's en
vragenlijsten over de door de patiënt gerapporteerde uitkomsten.
Van de proefpersonen wordt verwacht dat ze naar hun bezoeken komen, niet
deelnemen aan andere medische onderzoeken, hun afspraken voor bezoeken nakomen,
de instructies van het onderzoeksteam opvolgen, te allen tijde een
patiëntenkaart bij zich houden, geen bloed/sperma/eicellen doneren en passende
vormen van anticonceptie te gebruiken. De proefpersonen zullen ook gevraagd
worden om dagelijks een dagboek in te vullen met vragen over hun
Xevinapant/placebo-inname.
De hieronder vermelde bijwerkingen zijn gemeld in andere klinische
medisch-wetenschappelijke onderzoeken waarbij xevinapant werd toegediend als
een enkel geneesmiddel of in combinatie met verschillende andere
geneesmiddelen; er is echter geen oorzakelijk verband met xevinapant
aangetoond. Bovendien kunnen er bijwerkingen optreden die nog niet bekend zijn.
Het is mogelijk dat toediening van xevinapant in combinatie met radiotherapie
leidt tot ernstigere of nieuwe bijwerkingen of dat bijwerkingen sneller
verergeren dan verwacht. Sommige bijwerkingen van xevinapant kunnen op elk
moment optreden tijdens de behandeling of zelfs nadat de behandeling is
beëindigd.
Vaak (bij meer dan 5 tot 100 op 100 mensen) voorkomende bijwerkingen van
xevinapant zijn: misselijkheid, braken, stomatitis, droge mond, verminderde
eetlust, diarree, verstopping, asthenie, vermoeidheid, anemie, verhoging van
alanine-aminotransferase (ALAT) (abnormale levertests), verhoging van
aspartaataminotransferase (ASAT) (abnormale levertests), verhoging van
hyperlipasemie/lipase, huiduitslag, pruritus.
Op basis van de huidige beschikbare werkzaamheids- en veiligheidsgegevens die
beschikbaar zijn voor behandeling met xevinapan, inclusief de combinatie met
chemoradiotherapie (CRT) en/of immunotherapie, en voor radiotherapie (RT)
alleen, is de baten/risicobeoordeling voor een onderzoek waarin xevinapant
wordt gecombineerd met radiotherapie (RT) positief verwacht.
Algemeen / deelnemers
Frankfurter Str. 250 Frankfurter Str. 250
Darmstadt 64293
DE
Wetenschappers
Frankfurter Str. 250 Frankfurter Str. 250
Darmstadt 64293
DE
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
• Deelnemers met Eastern Cooperative Oncology Group Performance Status (ECOG
PS) 0-2 en die in staat zijn om standaard IMRT-behandeling
(Intensiteitgemoduleerde bestralingstherapie) te tolereren volgens de
beoordeling van de onderzoeker
• Deelnemers met histologisch bevestigd plaveiselcelcarcinoom met een van de
volgende primaire locaties: mondholte, orofarynx, hypofarynx of strottenhoofd.
Deelnemers zijn in de afgelopen 4 tot 8 weken vóór aanvang van de behandeling
op deze plaatsen geopereerd met curatieve intentie (cyclus 1 dag 1)
• Deelnemers aan Orofarynx (OPC) moeten een bekende status van het humaan
papillomavirus (HPV) hebben, zoals bepaald door p16-expressie met behulp van
immunohistochemie (ICH).
• Deelnemers zonder restziekte volgens computertomografie (CT) of magnetische
resonantie beeldvorming (MRI) en met een hoog risico op recidief met 1 of 2 van
de volgende criteria, bevestigd door lokale histopathologie:
• nodale extra-capsulaire extensie (ECE) en positieve resectiemarges (R1 of
nauwe marge kleiner dan of gelijk aan (<=) 1 millimeter (mm)
• Ongeschikt zijn om een hoge dosis cisplatine te krijgen door te voldoen aan
een of meer van de volgende criteria: geschatte glomerulaire filtratiesnelheid
(eGFR) < 60 milliliter per minuut per 1,73 vierkante meter (ml/min/1,73 m^2);
Geschiedenis van slechthorendheid, gedefinieerd als Graad >= 2 audiometrisch
gehoorverlies of tinnitus Graad >=2. Een audiogram is niet nodig als een van de
andere criteria voldoet aan de ongeschiktheid om een hoge dosis cisplatine te
krijgen; Perifere neuropathie > = Graad 2 en indien >= 70 jaar, ongeschikt
volgens G8-vragenlijst (score <= 14) of komen niet in aanmerking voor
behandeling met cisplatine vanwege de leeftijdsgrens volgens nationale
richtlijnen
• Deelnemers met een adequate hematologische, nier- en leverfunctie zoals
gedefinieerd in het protocol
• Andere protocol-gedefinieerde inclusiecriteria kunnen van toepassing zijn
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
• Elke aandoening, met inbegrip van elke ongecontroleerde ziektestaat anders
dan SCCHN die naar het oordeel van de onderzoeker een ongepast risico of een
contra-indicatie voor deelname aan het onderzoek vormt of die de
onderzoeksdoelstellingen, -uitvoering of -evaluatie zou kunnen verstoren
• Deelnemer met een onvolledige operatie
• Primaire tumor van nasofaryngeale, paranasale sinussen, neusholte,
speekselklier, schildklier of bijschildklier, huid of onbekende primaire plaats
• Voorafgaande definitieve, neoadjuvante, gelijktijdige of adjuvante (C)RT aan
het hoofd-halsgebied die het primaire tumorbestralingsplan in gevaar kan
brengen, of enige andere voorafgaande systemische SCCHN-behandeling, inclusief
onderzoeksmiddelen
• Deelname aan een interventioneel klinisch onderzoek binnen 28 dagen
voorafgaand aan keuring of tijdens deelname aan dit onderzoek
• Bekende contra-indicatie voor het ondergaan van positronemissietomografie met
18F-FDG-PET-CT-scans, of zowel contrastversterkte MRI als contrastversterkte
CT-scans
• Bekende allergie voor Xevinapant (Debio 1143) of een hulpstof waarvan bekend
is dat deze aanwezig is in Xevinapant (Debio 1143) of in de placeboformulering
• Deelnemers met terugkerende of gemetastaseerde ziekte
• Andere protocol-gedefinieerde uitsluitingscriteria kunnen van toepassing zijn
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CTIS | CTIS2023-508528-36-00 |
EudraCT | EUCTR2022-001144-18-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT05386550 |
CCMO | NL82563.056.22 |