Hoofddoel:Bepalen of de humorale immuunrespons van één in vergelijking met een twee doses COVID-19 vaccinatie regime net zo goed is in kinderen die eerder een SARS-CoV-2 infectie hebben doorgemaakt. Secundaire doelstelling(en):1. Om de veiligheid en…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Virale infectieziekten
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Het vergelijken van de geometrisch gemiddelde ratio van neutraliserende titers
tegen het wild type virus (Virus Neutralization Assay) tussen de 2
verschillende behandelingsgroepen op dag 28 na het voltooien van de
vaccinatieschema's.
Secundaire uitkomstmaten
Veiligheid:
- Het percentage proefpersonen dat ten minste één gevraagde systemische
bijwerking meldt met Graad >= 2 (AE's) in de 7 dagen na een vaccindosis, als
maat voor de systemische reactogeniciteit.
- Het percentage proefpersonen dat gedurende 7 dagen na elke vaccindosis lokale
en systemische bijwerkingen (AE's) heeft gemeld.
- Het percentage proefpersonen dat gedurende 14 dagen na elke vaccindosis
ongevraagde bijwerkingen heeft gemeld.
- Het percentage proefpersonen dat ernstige ongewenste voorvallen (SAE's) meldt
van Graad >=3 van de Common Toxiciteitscriteria of bijwerkingen van speciaal
belang (AESI) tot 12 maanden na de vaccinatie.
Immunogeniciteit:
- Neutraliserende titers tegen het wildtype virus (Virus Neutralization Assay)
op tijdspunten 6 en 12 maanden na vaccinatie.
- Kwantitatieve enzyme-linked immunosorbent assay (anti-RBD-ELISA) op
tijdspunten 28 dagen, 6 maanden en 12 maanden na vaccinatie.
- Geometrische gemiddelde verhouding in SARS*CoV*
2-serum-anti-RBD-antilichaamtiter van vóór vaccinatie op elk volgend tijdstip
op 1, 6 en 12 maanden na vaccinatie.
- Neutraliserende titers tegen zorgelijke varianten van het coronavirus (Virus
Neutralization Assay) op tijdspunten dag 28 en 6 maanden na de vaccinatie.
Achtergrond van het onderzoek
Sinds het begin van de SARS-CoV-2 pandemie is het duidelijk dat de ernst van
het ziekteverloop en de overdraagbaarheid van de SARS-CoV-2 infectie veel
minder zijn bij kinderen en adolescenten in vergelijking met volwassenen. Toch
komen ziekenhuisopnames en sterfgevallen onder kinderen wel degelijk voor. Dit
gebeurt met name bij kinderen zonder enige voorafgaande immuniteit tegen het
virus en wanneer sprake is van een onderliggende medische aandoening.
Ook kunnen SARS-CoV-2-infecties bij kinderen en adolescenten dienen als
reservoir voor het virus, waardoor de overdracht in de gemeenschap in stand
wordt gehouden en de opkomst van nieuwe, gemuteerde stammen wordt aangewakkerd.
De rol van kinderen bij de verspreiding van COVID-19 lijkt te worden beïnvloed
door verschillende patronen in contact en hygiënische gewoonten. Daarbij lijkt
het hebben van veel intensief contact, bijvoorbeeld op scholen, het effect van
verminderde gevoeligheid en besmettelijkheid te kunnen compenseren. Kinderen
zijn vaak de laatste in rij geweest in Europese en wereldwijde
vaccinatieprogramma*s (als ze al worden opgenomen). In combinatie met de
opkomst van de snel verspreidende Omicron variant begin 2022, wordt ingeschat
dat inmiddels het overgrote deel van de bevolking een SARS-CoV-2 infectie heeft
doorgemaakt op enig moment. Dit zorgt ervoor dat vrijwel ieder kind m dat in de
toekomst een coronavaccinatie krijgt , al eens in aanraking is geweest met het
virus.
Eerder uitgevoerde klinische onderzoeken bij volwassenen hebben laten zien dat
wanneer er eerder een SARS-CoV*2 infectie is doorgemaakt, een enkele dosis
messenger-RNA (mRNA)-vaccin immunologisch gelijkwaardig of zelfs beter is in
vergelijking met een volledig vaccinatieschema bestaande uit 2 doses bij mensen
zonder eerder doorgemaakte infectie. Dit toont aan dat de eerste vaccindosis
dient als booster bij natuurlijk geïnfecteerde volwassenen en daarom is het
voldoende om slechts een enkele dosis toe te dienen als primaire vaccinreeks.
Als gevolg hiervan hebben Europese landen een enkelvoudige dosis als primaire
reeks in hun mRNA-vaccinstrategie aangenomen voor adolescenten en volwassenen
met een eerder doorgemaakte SARS-CoV*2-infectie. Echter, ondanks dat sommige
landen een enkele dosis aanbevelen als vaccinatieschema voor kinderen 5-11 jaar
met een eerder doorgemaakte SARS-CoV-2-infectie, is in de huidige SmPC een
enkele dosis niet geïndiceerd vanwege een gebrek aan bewijs. Theoretisch gezien
is het echter zeer aannemelijk dat een vergelijkbare benadering zou kunnen
worden gebruikt bij kinderen van 5-11 jaar. Deze benadering met een enkele
dosis zou om verschillende redenen verschillende voordelen hebben ten opzichte
van een benadering met twee doses. Ten eerste vermindert het de last van
injecties en bijwerkingen bij kinderen. Daarnaast verlaagt het het risico op
zeldzame bijwerkingen zoals myocarditis als gevolg van hyperstimulatie van het
immuunsysteem. Ook ondersteunt het een algemene dosisbesparende strategie. Als
laatste kan het risico op *original antigenic sin* worden verminderd door
herhaaldelijke selectieve stimulatie van de immuun respons tegen het vaccine
type SARS-CoV-2. Dit kan van groot belang zijn in het kader van het ontlopen
van het immuunsysteem, wat met de opkomende zorgelijke varianten van het virus
veel wordt waargenomen. Sinds de Omicron variant dominant werd, is het risico
op het ontwikkelen van ernstige COVID-19 door een SARS-CoV-2-infectie nu laag
voor de meeste kinderen van 5 tot 11 jaar. Het risico is hoger voor kinderen
met ernstige onderliggende medische aandoeningen. Om die reden hebben de meeste
europese landen inmiddels hun vaccinatie-advies voor kinderen 5-11 jaar
aangepast, waarbij vaccinatie alleen nog wordt aangeboden aan kinderen met een
verhoogd medisch risico.
Doel van het onderzoek
Hoofddoel:
Bepalen of de humorale immuunrespons van één in vergelijking met een twee doses
COVID-19 vaccinatie regime net zo goed is in kinderen die eerder een SARS-CoV-2
infectie hebben doorgemaakt.
Secundaire doelstelling(en):
1. Om de veiligheid en effectiviteit te beoordelen van een enkelvoudige dosis
COVID-19-vaccin tegen SARS-CoV-2 bij kinderen met een eerder doorgemaakte
SARS-CoV-2-infectie, in vergelijking met het vaccinatieschema met twee doses.
2. Om de middellange (6 maanden) en lange termijn (12 maanden) humorale
immuunrespons te beoordelen van een enkelvoudige dosis COVID-19 vaccin tegen
wildtype SARS-CoV-2 bij kinderen met een eerder doorgemaakte SARS-CoV- 2
infectie.
3. Om de korte (28 dagen), middellange en lange termijn humorale immuunrespons
van een enkelvoudige dosis COVID-19 vaccin tegen zorgelijke varianten van het
coronavirus beoordelen bij kinderen met een eerder doorgemaakte SARS-CoV -2
infectie.
Onderzoeksopzet
Een vergelijkende, gerandomiseerde fase 2-studie met als doel om de
effectiviteit en veiligheid van een enkelvoudige dosis COVID-19 mRNA-vaccinatie
te evalueren bij kinderen met een eerder doorgemaakte SARS-CoV-2 infectie.
De populatie bestaat uit kinderen die een SARS-CoV-2 infectie hebben
doorgemaakt. De studie zal bestaan uit twee armen. De proefpersonen worden
gerandomiseerd om ofwel 1) een eerste dosis van BNT162b2 te krijgen, gevolgd
door een tweede dosis van BNT162b2, of 2) een enkele dosis van het
BNT162b2-vaccin. De proefpersonen zullen volledige gevaccineerd worden met 10
µg Original Comirnay of met 5/5 µg Comirnaty Original/Omicron BA.4-5.
Onderzoeksproduct en/of interventie
De studie zal bestaan uit twee armen. De proefpersonen worden gerandomiseerd om ofwel 1) een eerste dosis van BNT162b2 te krijgen, gevolgd door een tweede dosis van BNT162b2, of 2) een enkele dosis van het BNT162b2-vaccin. De proefpersonen zullen volledige gevaccineerd worden met 10 µg Original Comirnay of met 5/5 µg Comirnaty Original/Omicron BA.4-5.
Inschatting van belasting en risico
Deelname aan deze klinische studie vormt een minimaal risico door het afnemen
van monsters en het bijwonen van vervolgbezoeken. Daarnaast is het
onderzoeksproduct uit deze studie reeds geregistreerd voor de
onderzoekspopulatie. Daarom lopen de proefpersonen die vrijwillig mee doen aan
deze studie geen extra risico ten opzichte van de goedgekeurde
standaardbehandeling van vaccinatie. Er is een zeer klein risico dat de
enkelvoudige dosis minder effectief is tegen ernstige COVID-19. Maar zelfs
zonder vaccinatie is het risico op ernstige COVID-19 al extreem laag in deze
leeftijdsgroep, waardoor elk effect op de werkzaamheid minimale of geen
gevolgen voor de gezondheid zou hebben. Voordelen voor de deelnemers in de
interventie arm zijn het potentieel bereiken van immunogeniciteit terwijl
minder bijwerkingen zullen optreden.
Algemeen / deelnemers
Heidelberglaan 100
Utrecht 3584 CX
NL
Wetenschappers
Heidelberglaan 100
Utrecht 3584 CX
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. >=5 jaar tot <=11 jaar oud op de dag van ondertekening van het
toestemmingsformulier
2. In goede gezondheid of stabiele klinische gesteldheid
3. Wettelijk vertegenwoordiger heeft de proefpersoneninformatie gelezen en
heeft namens de proefpersoon het toestemmingsformulier ondertekend en de
proefpersoon heeft verklaard bereid te zijn om deel te nemen.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Heeft eerder een onderzoeks- of gelicentieerd COVID-19-vaccin gekregen.
2. Heeft een bekende aangeboren of verworven immuunstoornis of
immuundeficiëntie die de vaccinrespons kan verstoren, b.v. bekende infectie met
humaan immunodeficiëntievirus (hiv) met een laag CD4-aantal of andere
immunosuppressie op het moment van ondertekening van het toestemmingsformulier.
3. Heeft een voorgeschiedenis van auto-immuunziekte of een actieve
auto-immuunziekte die therapeutische interventie vereist (inclusief systemische
glucocorticoïden), of bevindingen die een significant effect kunnen hebben op
de beoogde eindpunten en die daarom het onderzochte therapeutische effect
kunnen maskeren of remmen, zoals beoordeeld door de onderzoeker.
4. Bloedingsdiathese of aandoening geassocieerd met langdurige bloeding die,
naar de mening van de onderzoeker, een contra-indicatie zou zijn voor
intramusculaire injectie of venapunctie.
5. Voorgeschiedenis van ernstige bijwerking geassocieerd met een vaccin en/of
ernstige allergische reactie (bijv. anafylaxie) op een onderdeel van de
onderzoeksinterventie(s).
6. Ontvangst van medicijnen ter preventie van COVID-19.
7. Gebruik van geneesmiddelen met een significante interactie met het
onderzoeksproduct of heeft contra-indicaties zoals beschreven in de
Samenvatting van de Productkenmerken
8. Andere medische of psychiatrische aandoening of laboratoriumafwijking die
het risico op deelname aan het onderzoek kan verhogen of, naar het oordeel van
de onderzoeker, de deelnemer ongeschikt kan maken voor het onderzoek.
9. Heeft enige vorm van afhankelijkheid van de hoofdonderzoeker of lid van het
onderzoeksteam of wettelijk vertegenwoordiger is in dienst van de
hoofdonderzoeker of binnen dezelfde afdeling als de hoofdonderzoeker of het
onderzoeksteam van de instelling waar het onderzoek wordt uitgevoerd.
10. Is niet in staat om gevraagde bijwerkingen te melden.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2021-005043-71-NL |
CCMO | NL79226.000.21 |